Japanse Daifuku
Bijgerecht | 2 uur (+ 3 uur wachttijd) | 20 stuks
Ingrediënten
Voor het mochi-deeg
160g kleefrijstmeel (van de toko)
350g poedersuiker
maizena of aardappelzetmeel om te bestuiven
Voor de bonenpasta
100g Valle del Sole adzuki bonen
75 g suiker
snuf zout
Bereidingswijze
Spoel voor de bonenpasta de bonen af met koud water. Laat ze uitlekken en doe ze in een pan
met 200 ml water. Breng aan de kook en zet het vuur laag. Leg een deksel op de pan en kook de
bonen in ca. 1,5 uur helemaal gaar. Voeg evt. tussendoor meer water toe.
Neem de bonen van het vuur en laat ze ca. 30 minuten afkoelen. Doe de bonen inclusief kookvocht in een keukenmachine en draai er een zo glad mogelijke puree van. Doe de puree terug in de pan en voeg de suiker en het zout toe. Verwarm de puree al roerend met een spatel tot de suiker helemaal is opgelost en de puree een dikke massa vormt die loslaat van de pan. Doe de puree in een bak en laat helemaal afkoelen. Zet hem in de koelkast en laat ca. 3 uur opstijven tot hij helemaal afgekoeld is. Vorm balletjes van ca. 1,5 cm Ø van de puree en leg ze op een bord in de koelkast klaar voordat je het mochi-deeg gaat maken.
Meng voor het mochi-deeg het kleefrijstmeel met 180 ml water in een glazen (hittebestendige)
kom. Zet de kom in de magnetron op 400 watt voor 3 minuten. Roer het geheel goed door, het is nu al redelijk stevig geworden, en zet opnieuw 1 minuut in de magnetron. Doe het gummi-achtige deeg in een pan en voeg ⅓ van de poedersuiker toe. Roer goed door met een stevige spatel, de suiker zal nu vocht uit het deeg trekken en het geheel wordt zachter. Zet de pan op laag vuur en verwarm al roerend. Voeg de rest van de suiker toe en meng goed door, eventueel
met een stevige garde om klontjes eruit te kloppen. Het deeg lijkt nu op dikke lijm. Blijf verwarmen en roeren tot de suiker helemaal is opgelost en het deeg iets dikker wordt.
Stort het mochi-deeg op een royaal met maizena of zetmeel bestoven bakplaat of platte schaal.
Nu is het nog te zacht om te bewerken, maar zodra het afkoelt wordt het steeds makkelijker om mee te werken. Bestuif de bovenkant van het deeg ook met maizena en vorm er telkens een balletje ter grootte van een knikker van. Druk het balletje uit tot een schijfje (ca. ½ cm dik en 5-6 cm Ø) en leg er een balletje van de vulling op. Vouw het deeg voorzichtig om de vulling heen, waarbij je het deeg iets uitrekt, en druk het op elkaar aan de onderkant. Probeer vlot te werken voordat het deeg te stevig wordt.
Leg de mochi opnieuw op een met maizena bestoven plaat of leg ze in afzonderlijke cupcakevormpjes van papier om ze te serveren. Veel geluk!
Dit recept is tot stand gekomen door een samenwerking met Foodies Magazine.